Hierbij de tekst die ik had willen inspreken, hetgeen me niet werd vergund.

WOONWAGENBELEID GEMEENTE BERNHEZE

Geachte voorzitter en leden van de commissie,

Dank, dat ik gebruik kan maken van vijf minuten spreekrecht voor burgers; veel te kort voor een dergelijk onderwerp. Ik ga mijn best doen.

De kwaliteit van de rechtsstaat en de rechtspositie van de burger staat de laatste decennia zwaar onder druk

De kwaliteit van de rechtstaat – ook op gemeentelijk niveau – laat zich afmeten aan de wijze waarop we omgaan met de belangen van ‘minderheden’, zoals ook die van woonwagenbewoners binnen Bernheze.

Ik sta hier in de hoedanigheid van lid van het vrijwilligersteam van ‘Rechtswinkel Bernheze’. Sinds we de deuren openden, april 2022, bezochten ruim 600 inwoners onze spreekuren, waaronder een aantal binnen Bernheze woonachtige woonwagenbewoners.

Ik heb goede gronden om te mogen stellen dat ik namens een overgroot deel van deze woonwagenbewoners hier – voor u – een pleidooi houd.

Het woonwagenbeleid vóór 1919 laat zich kenmerken door: ontkennen, separeren en ontmoedigen: er was geen beleid!

Sinds de Middeleeuwen werden deze, van oorsprong kleine groepen rondtrekkende, ambachtslieden uit de stad gemeden: zij werden gezien als brengers van nare ziekten.

Vanaf 1919 zou er sprake dienen te zijn van het voeren van een eenduidig beleid: dit bleek helaas slechts een voornemen

Gedurende de periode 1919-1999 (80 jaar lang..) voerden de gemeenten de ‘Woonwagenwet’ uit en werden verantwoordelijk voor de huisvesting van álle inwoners, waaronder woonwagenbewoners.

Dat beleid laat zich beschrijven als een ‘jo-jo-beleid’:
discrimineren, centraliseren, decentraliseren, weer centraliseren, ontmoedigen, etc.. Deze wet werd in 1999 ingetrokken.

Europese rechtspraak en het ‘College voor de Rechten van de Mens’ wezen dit ‘beleid’ namelijk af, omdat dit niet in overeenstemming bleek met het mensenrechtelijk kader uit het ‘Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens’ (Rome 1950).

In 2018 stelde het ministerie van BZK het ‘Beleidskader Gemeentelijk woonwagen- en standplaatsenbeleid’ vast: basis om het lokale woonbeleid vast te stellen, waarbij zij rekening moeten houden met de wensen van woonwagenbewoners en voorzien in voldoende standplaatsen.

Op 16 december 2021 werd door uw Raad de “woonvisie 2021 – 2026” vastgesteld.

Op pagina 7 van deze visie staat te lezen:
(citaat)
Deze woonvisie is inclusief: we hebben daarbij in ieder geval extra aandacht voor – onder meer – woonwagenbewoners’.
(einde citaat)

Op pagina 14 van deze visie staat te lezen:
(citaat)

Woonwagenbewoners
Bernheze volgt het Beleidskader ‘gemeentelijk woonwagen en standplaatsenbeleid’ dat het Rijk in de zomer van 2018 heeft vastgesteld. Deze richtlijn stelt dat huisvestingsbeleid voor woonwagens een vast onderdeel van het gemeentelijk volkshuisvestingsbeleid moet zijn. Regionaal is een handelingsperspectief voor inschrijvings- en toewijzingsregels opgesteld. Deze is in januari 2021 vastgesteld.

Door het vaststellen van woonwagenbeleid en verhuurbeleid voor woonwagens en standplaatsen ontstaat een samenhangend beleid dat recht doet aan het wonen in een woonwagen binnen het mensenrechtelijk kader.

Dit beleid heeft het College in ontwikkeling’.
(einde citaat)

Op pagina 16 van deze visie staat – onder meer – te lezen:
(citaat)
We stellen het woonwagen- en verhuurbeleid vast’.
(einde citaat)

Welnu:
Op 25 augustus 2022 vroeg een woonwagenbewoner, inwoner van Bernheze, aan de gemeente om een mantelzorgwoning te mogen plaatsen op zijn toegewezen standplaats voor de dagelijks verzorging van hoogbejaarde opa – van oorsprong óók een woonwagenbewoner – die alleenstaand in een rijtjeshuis buiten Bernheze woont. Los van deze mantelzorgbehoefte voelt zijn opa zich in dit rijtjeshuis al vele jaren doodongelukkig.

Dit verzoek werd afgewezen door ‘Nijbod consultancy’ te Eindhoven, een organisatie die door het College in de arm is genomen voor (overgenomen van hun website…)
het beleid en beheer van woonwagenlocaties’:

deze ‘weigering’ bleek echter geen besluit van het College!

Per schrijven van 6 oktober 2022 richtte ik mij – namens een aantal woonwagenbewoners – tot uw College, in afschrift aan de voltallige Raad. Hierin een gebreide toelichting en een aantal concrete vragen en verzoeken, waaronder het verzoek tot het toestaan van mantelzorgwoningen op woonwagenlocaties.

Dit toestaan doet namelijk werkelijk recht aan het wonen in een woonwagen binnen het mensenrechtelijk kader.

Op de website van de gemeente staat onder meer te lezen:
(citaat)
Binnen de gemeente Bernheze krijgen personen van 55 jaar of ouder de mogelijkheid om zonder vergunning een bouwwerk te gebruiken als mantelzorgwoning bij een bestaand woonhuis’.
(einde citaat)

Hieruit blijkt geen onderscheid tussen ‘reguliere’ bewoners en woonwagenbewoners!

Mijn schrijven werd tijdens de raadsvergadering van 3 november 2022 op de ‘lijst ingekomen stukken’ geplaatst. De Raad besloot dit schrijven ter afdoening in handen te stellen van het College.

Hierna volgde een tijdrovende, energievretende, e-mailwisseling tussen het College (via de behandelend ambtenaar) en mij en uiteindelijk tot een gesprek met wethouder Daandels, betreffende woonwagenbewoner en mij, op 5 april 2023: inmiddels weer zo’n tien maanden geleden…

De heer Daandels gaf ons tijdens dat gesprek aan;

  • dat er door het College (nog) geen gemeentelijk woonwagenbeleid aan de Raad ter besluitvorming is voorgelegd,
  • dat hij in beginsel geen redenen zag om onderscheid te maken tussen het vergunningsvrij toestaan van mantelzorgwoningen op reguliere locaties en woonwagenlocaties,
  • maar dat hij eerst de uitkomst van intergemeentelijk / regionaal overleg wilde afwachten.

Nadien heb ik het College vele malen gevraagd hoe het met het ontwikkelen van dit beleid stond, maar helaas komt er ruim tien maanden ná het gesprek met de wethouder nog geen witte rook uit de schoorsteen van De Misse 6 te Heesch!

Bepaald géén ‘Habemus Lex’!

Wéér, of liever gezegd, nog steeds is er – zoals óók vóór 1919 – geen gemeentelijk woonwagenbeleid!

Mijn verzoeken, via de voorzitter, aan uw commissie, luiden dan ook:

  • Wilt u er bij het College – via de Raad – op aan te dringen om nu (eindelijk) knopen door te hakken, eventueel / dan maar, zonder intergemeentelijke samenwerking?

Wij zijn een zelfstandige gemeente en de Raad heeft in dezen een eigen verantwoordelijkheid / bevoegdheid!

  • Mocht het gemeentelijk woonwagenbeleid niet op korte termijn (kunnen) worden vastgesteld, wilt u middels de Raad er bij het College op aandringen dat het ongewenst en onnodig onderscheid tussen reguliere inwoners en bewoners van woonwagenlocaties, met betrekking tot het vergunningsvrij toestaan van mantelzorgwoningen, eindelijk wordt opgeheven?
  • Mochten vigerende omgevingsplannen een beletsel vormen om te komen tot dit dringend gewenst beleid: wilt u dan aandringen op wijziging hiervan, zodat het toestaan van mantelzorgwoningen, voor alle inwoners, mogelijk wordt?

Dank voor uw aandacht en voor uw – te verwachten – inspanningen met betrekking tot deze kwestie.

Heesch, ….februari 2024.

Mart Kievits
Vrijwilliger Rechtswinkel Bernheze.