DE KOUDE DOUCHE PRIJS GAAT NAAR IBN TE UDEN
Werknemer bij de uitoefening van zijn werkzaamheden lelijk gebeten door een herdershond…
24 december 2022.

IBN te Uden is een zogenaamde Sociaal Ondernemer die in opdracht van onder meer zes gemeenten in Noord-Oost Brabant kansen biedt aan mensen die het zonder hun steun niet redden op de arbeidsmarkt. Dit zijn mensen met een lichamelijke- of geestelijke beperking. Dat dit ook juist mensen zijn die met een hele kleine beurs rond dienen te komen, die bovendien inmiddels door recente economische ontwikkelingen vaak rond en zelfs ónder de armoedegrens leven, behoeft verder geen verdere toelichting.

Tot onze verbazing zien wie regelmatig werknemers van IBN op ons spreekuur die komen klagen over de wijze waarop hun werkgever met hen omgaat, hen begeleidt, ondersteunt bij problemen op de werkvloer, etc. en soms zelfs arbeidsrechtelijk onjuist handelt. Wie verwacht dit van een sociaal ondernemer, die juist extra, méér professionele aandacht, zorg, begeleiding, begrip en empathie dient te tonen voor hun bijzondere doelgroep werknemers!

Zo kwam er enige maanden geleden een ruim vijftig jarige werknemer (met een lichte geestelijke beperking) op ons spreekuur, die al jaren lang voor IBN werkt en die medicijnen voor dieren bezorgt bij boerderijen in de buurt. Van boerderijen is algemeen bekend dat dáár nog al eens honden los op het erf rondlopen met alle risico’s voor vreemden van dien. Deze werknemer stapte medio juli dit jaar uit zijn busje vóór zo’n erf om er medicijnen te bezorgen en werd onmiddellijk lelijk in zijn rechterbovenbeen gebeten door een grote herdershond. Het gevolg hiervan is onder meer dat hij psychisch ernstig in de problemen is gekomen en een serie traumagesprekken met psychologen dient te voeren om dit alles te kunnen verwerken. De kosten hiervan worden deels (!) vergoed door zijn ziektekostenverzekeraar, maar een deel moet hij uit eigen zak betalen. En, hij had het financieel al niet breed.

Wij, als rechtswinkel, stellen ons op het standpunt dat hier sprake is van een bedrijfsongeval, waarvoor de werkgever schade-aansprakelijk is, omdat de wet van deze eist dat hij er alles, met de nadruk op alles, aan moet hebben gedaan om te voorkomen dat een werknemer als gevolg van zijn opgedragen werkzaamheden schade ondervindt (de zgn. zorgplicht). De wetgever en de rechter gaan hierin heel ver, omdat dit arbeidsrecht betreft. De werkgever is risicoaansprakelijk, omdat hij (nu eenmaal) werkgever is, tenzij (zgn. omkering van de bewijslast) hij aantoont dat hij er alles aan gedaan heeft om deze schade te voorkomen en er bij de werknemer geen sprake is van opzet, roekeloosheid, etc. Dit heeft de wetgever nu juist op deze wijze geregeld om het de economische zwakkere werknemer zo gemakkelijk mogelijk te maken om bij bedrijfsongevallen zijn schade vergoed te krijgen. Zo zou IBN aan de werknemer die belast is met déze werkzaamheden vóóraf instructies dienen te geven, beschermende kleding moeten verstrekken, veiligheidsprotocollen dienen te schrijven, etc. waardoor het risico om door een loslopende hond te worden gebeten minimaal is.

Ná dit gruwelijke bijtincident gaf IBN aan de opvolger / collega van deze werknemer wél veiligheidsinstructies, inhoudende om niet meer bij boerderijen met loslopende honden uit het busje te stappen, maar ter plaatse de betreffende boer te bellen met het verzoek om de medicijnen zelf bij de auto op te komen halen. Het kan dus wél veiliger!

Wij verzochten IBN – namens deze werknemer – om aansprakelijkheid in deze kwestie te erkennen en de extra kosten voor de traumabehandeling die deze werknemer uit eigen zak dient te betalen (hooguit een paar honderd euro..) aan hem te vergoeden: zó vanzelfsprekend, voor een werkgever als IBN, dachten wij. Maar wij kwamen bedrogen uit!

Tot onze grote teleurstelling stelt IBN zich namelijk op het standpunt dat deze werknemer zijn schade eerst bij de eigenaar van de hond dient te verhalen, daarna zou IBN nog wel zien of zij verder nog in actie komt. In plaats dat IBN het meteen voor de volle honderd procent opneemt voor haar werknemer en de schade gewoon, zonder gedoe, aan hem betaalt dient deze werknemer – met zijn toch al kleine beurs – eerst zelf in actie te komen, juridische brieven naar de eigenaar van de hond te schrijven (ziet u dat voor zich?), een betaalde jurist in de arm te nemen en desnoods een kostbare gerechtelijke procedure bij de rechtbank in Den Bosch te starten om de schade op de eigenaar van de hond te verhalen. Een werknemer van IBN, met een geestelijke beperking, met een IBN-inkomen, met een besteedbaar inkomen grenzend aan de armoedegrens.

Maar het kan nog erger; na het schrijven van vele brieven naar IBN, die gewoonweg niet werden beantwoord, werd de rechtswinkel plotseling geconfronteerd met een duur betaalde advocaat die door IBN was ingeschakeld en die ons schriftelijk mededeelde dat IBN in deze kwestie géén aansprakelijkheid erkent en dat deze werknemer zich tot de eigenaar van de hond dient te wenden: niks sociaals aan…

Even los van de vraag wie er juridisch gelijk heeft, dan nog valt met geen mogelijkheid en in te zien dat IBN in deze niet gewoon haar verantwoordelijkheid neemt, zich werkelijk als een “sociaal werkgever” gedraagt, zich vooral niet te buiten gaat aan volstrekt onnodig en vooral duur juridisch gekissebis en de schade aan haar werknemer eerst gewoon vergoedt en die dure advocaat (die vermoedelijk rond de € 200,– per uur aan IBN declareert) niet op haar eigen werknemer, maar op de eigenaar van die hond afstuurt om de schade terug te verhalen.

Zo hoort dat bij kwetsbare werknemers, en zéker voor een werkgever zoals IBN, die uitvoering geeft aan sociale wetten en (dus) voornamelijk bekostigd wordt uit de Algemene Middelen: belastinggeld!

Maar, IBN besteedt haar budget in deze kwestie kennelijk liever aan een advocaat dan aan haar werknemer en hierom krijgt zij van ons de “Koude Douche Prijs”.

Gefeliciteerd!
En, we gaan het zien bij de Rechtbank Den Bosch.